Aan tafel in koloniale sferen
Aan het eind van de dag arriveren we bij de homestay van de broer. We treffen hem en zijn familie in de keuken, waar ze voorbereidingen treffen voor de avondmaaltijd. Belle en ik nemen een biertje en kijken toe hoe de andere broer in de weer is om de maaltijdpoppetjes in elkaar te knutselen. De man van de eigenaresse van ‘onze’ homestay snijden de ingrediënten.
De twee homestays vormen inderdaad een echt familiebedrijf en er wordt keihard gewerkt. Des te schrijnender dus dat de ‘hoofdbroer’ ons gisteren heeft verteld dat de twee homestays niet voldoende opleveren om te overleven en dat ze dus ook op het land moeten werken.
Terug in onze eigen homestay, blijken daar drie andere gasten gearriveerd. Twee oudere Fransen uit Lille – Colette en Jean-Pierre -, met hun Franse Gids Truyet. Rond een uur of zes worden we geroepen voor de eeuwige cooking class, die evenzo eeuwig bestaat uit het vouwen van een ‘spring roll’. Ik ben er inmiddels wel achter dat die cooking classes niet alleen toeristenentertainment zijn en een manier om de verschillende gasten met elkaar in contact te brengen. Het heeft ook tot doel het werk van het serverende personeel enigszins te verlichten. Vrijwel iedere maaltijd start met die verrekte loempia’s, dus dan is het wel zo handig als de gasten ze zelfstandig kunnen draaien.
Ik kom onder de cooking class uit door te beweren dat ik deze cursus inmiddels zó vaak heb gevolgd, dat ik mezelf master chef spring rolls draaien mag noemen. Vooral Truyet vindt mijn opmerking oneindig geestig. Ze is een – zeker voor Vietnamese begrippen – lange vrouw. Mooi ook, ondanks haar leeftijd. Ik vermoed dat ze in haar vroegere jaren adembenemend was. Expressief en een tikkeltje dominant ook. Zeker naar het echtpaar dat ze begeleid.
Tijdens de cooking class – ik doe zelf weliswaar niet mee, maar zit er wel bij, met een biertje in mijn hand – vraagt Truyet me:
‘Hoe zijn jullie hier terechtgekomen. Waar is jullie gids?’
‘We hebben geen gids, we reizen op onszelf.’
Truyet spert haar ogen dramatisch wijd open. Dan begint ze uitbundig te lachen en klapt met venijnige, korte klapjes in haar handen:
‘Maar dat is geweldig. Magnifique! Horen jullie dat, stelletje lapzwanzen’, roept ze naar de twee Fransen die een eind verderop in de keuken een deel van de gerolde loempia’s. De toevoeging ‘stelletje lapzwansen’ is van mij, uiteraard. Wanneer ze die woorden daadwerkelijk zou hebben uitgesproken, was ze op staande voet gids af geweest uiteraard. Maar die ondertoon is er wel degelijk.
‘Op eigen gelegenheid reizen is volgens mij de beste manier om een land te leren kennen’, vervolgt ze onbarmhartig. Uit commercieel oogpunt ook al geen handige uitlating voor een gids, maar volgens mij moet dat venijn haar gewoon van het hart.
Er zijn twee separate tafels gedekt, maar de Fransen en wij stellen voor om plaats te nemen aan één tafel. Voor de gezelligheid en zo.
Na de zelf gedraaide en gedeeltelijk gebakken loempia’s, krijgen we twee vissen gepresenteerd. Minder groot dan die van gisteren, maar smaakvoller. Truyet neemt het voortouw alsof zij de gastvrouw is en verdeelt de vis. In de volgorde Colette, Belle, Jean-Piere en ik. Zijzelf neemt geen vis met als argument dat het niet goed is voor haar lichaam. Maar gedurende de maaltijd valt het me op hoe gereserveerd ze zich opstelt met betrekking tot het voedsel op tafel. Zo expressief en assertief ze is in haar doen en laten, zo bescheiden eet ze.
Gaandeweg de maaltijd rijst bij mij het vermoeden dat koloniale gebruiken nog niet volledig tot het verleden behoren. Terwijl Colette, Jean-Pierre, Belle en ik ons eerst tegoed doen aan de vis en in een latere fase aan kip en rundvlees, beperkt Truyet zich tot de restjes rauwe groeten en rijst. Onder het mom dat dat beter zou zijn voor haar lichaam.
Jean-Pierre is gepensioneerd leraar. Over het beroep van Colette hebben we het niet. Ik zou het wel willen weten, maar om de een of andere reden vind ik het niet gepast om er specifiek naar te vragen. Ze lijkt me echter niet het type dat haar hele leven huisvrouw is geweest. Haar conversatie duidt daar niet op, voor zover dat aan mij is om te bepalen.
Ze zijn hun hele leven in Zuid-Frankrijk op vakantie geweest en kwamen tijdens het afgelopen kerstfeest op het idee om het eens een keer wat verderop te zoeken. Ze kozen voor Vietnam omdat ze vernamen dat de mensen hier zo vriendelijk zijn en omdat het hier zo veilig zou zijn.
Ze hebben hun hele reis laten organiseren door een agent. Ze verwachten ook niet ooit nog een reis als dit te maken. Dit is dé reis van hun leven. De ‘once in a lifetime’ van het oudere Ierse echtpaar in de homestay in de bergen bij Sapa, zij het iets minder avontuurlijk.
Na het fruit en de verschillende fotomomenten nemen we afscheid van elkaar. Zij vertrekken morgenvroeg naar de drijvende markt waar wij vanochtend zijn geweest. Ook nemen we afscheid van de homestay-eigenaresse die volgens Truyet 70 kilometer verderop op het land moet werken. De hoofdbroer echter beweert dat ze naar een vereringsceremonie voor een paar maanden geleden overleden familielid gaat.
Lees verder: Saigon