Een hele puzzel
Bij aankomst in Phan Rang worden we uiteraard weer nadrukkelijk verwelkomd door de brommerboys. Maar deze keer slagen we er wonderwel in om gedecideerd ‘nee’ te zeggen, waarna ze inderdaad redelijk snel weer zijn verdwenen.
We hebben wel een ander probleem. We weten weliswaar dat onze homestay in een klein dorpje landinwaarts ligt, maar Belle heeft het adres niet opgegeven. De boekingsdetails staan weliswaar op m’n Chromebook, maar daar kan ik zonder internettoegang niks mee. Eerst maar eens iets eten. Daar hebben we nog net genoeg geld voor.
We melden ons aan een etenswagentje waarachter een jonge en een vrouw van middelbare leeftijd druk in de weer zijn met het voorbereiden van de dag. We bestellen twee broodjes spek. Omdat er geen terrasje bij het wagentje staan, willen we aanvankelijk plaats nemen op het terrasje van een aangrenzend café om daar koffie bestellen. Een ’truc’ die we wel vaker hebben uitgevoerd. Maar dan komt de vrouw op middelbare leeftijd aanzetten met twee rode kindercrèche stoelen.
Terwijl we onze broodjes eten en onze volgende stap overdenken, worden we aangesproken door de chauffeur van de taxi die ik al achter ons heb zien staan. Of hij ons ergens naar toe kan brengen? Aanvankelijk wil ik mijn pasverworven kunde om de brommerbijen met een resoluut ‘nee’ weg te sturen nogmaals in de praktijk brengen. Maar dan bedenk ik dat de goede man wellicht de oplossing is voor ons probleem. Ik probeer hem uit te leggen dat we geld moeten pinnen en daarna behoefte hebben aan een plek met internet zodat we het adres van onze homestay kunnen opzoeken. Maar de goede man spreekt geen woord Engels uiteraard. Maar hij heeft donders goed begrepen dat hij twee sukkels aan de haak heeft geslagen waaraan hij mogelijk een paar leuke grijpstuivers kan verdienen. Helaas voor hem valt er aan ons niks te verdienen zolang we geen geld hebben. Dus toch nog maar eens geprobeerd.
Weet de goede man wellicht waar we een ATM kunnen vinden? Nou, hij ken het woord ATM niet eens. En ook onze zeer uitgebreide mimische verbeelding van het concept ‘pinnen’ heeft als enige resultaat een totaal verdwaasde blik. En ook de sympathieke broodjesverkoopsters lijken geen idee te hebben. Maar dan stopt er stomtoevallig een jongedame op een brommer die wél Engels spreekt. Zij vertelt ons dat er een eind verderop in de straat een ATM is.
We besluiten dat Belle naar de ATM loopt terwijl ik ter plekke op onze spullen pas. Uiteraard met de potentieel aankomende taxichauffeur standvastig in mijn nek hijgend. Op een gegeven moment zie ik de chauffeur van een busje aan de overkant van de straat naar onze potentieel aankomend taxichauffeur gebaren dat daar een mogelijke klant staat. Maar mijn nekhijger wuift het aanbod zelfverzekerd weg. Hij laat de goudmijn waarop hij gestuit is niet meer schieten voor zo’n kutlandgenoot zonder poen. Hij heeft verdomme contact met twee buitenlandse warhoofden eerste klas die op dat moment ook nog eens geld aan het pinnen zijn. Dan gaat hij toch zeker niet rondkarren met zo’n armoe zaaiende spleetoog waaraan hij geen kloot kan verdienen! Hij is gekke Henkie niet, of zotte Chua of hoe ze dat hier ook mogen noemen.
Voordat Belle terug is, komt brommergirl naar me toe met de vraag of ik wellicht wifi wens? Nou, dat zou heel mooi zijn natuurlijk. Daarmee zou ook ons andere ‘probleem’ tot het verleden. Ik open de wifi-modus van mijn Chromebook, zij wijst het netwerk aan en geeft het standaard wachtwoord in Vietnam – 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9 – en ik heb verbinding.
Bij terugkeer van Belle vragen we onze potentieel aankomende taxichauffeur wat het kost als hij ons naar het adres van onze homestay brengt. Er ontstaat verwarring. Tenminste, dat maak ik op uit het gekwaak dat rondom ons uitbreekt. Uiteindelijk vertelt brommergirl dat hij niet weet waar het adres van de homestay is. Hij haalt zijn vrouw erbij, maar die weet het ook niet. Net zomin als zijn dochter. De bovenbuurman dan? Noppes. Een paar passerende brommerbijen? Nada van Nul. Alles en iedereen die erbij wordt geroepen begint uit volle borst mee te kwaken, maar een oplossing aandragen … ho maar. Uiteindelijk is het de jongedame achter het etenskarretje die de verlossing brengt. Zij heeft wel een idee waar die homestay zich ongeveer bevindt en ze licht onze potentieel aankomende taxichauffeur in. En hij wordt daarmee in ieder geval zeer resoluut. Hij schrijft 200.000 VD op een papiertje dat hij aan ons toont. Nadat we instemmend hebben geknikt, wijst hij op de deuren van zijn taxi ten teken dat we welkom zijn in zijn taxi. vanaf nu is hij onze taxichauffeur.
We verlaten de stad en komen uit op een stoffige verbindingsweg. Na een minuut of twintig slaan we linksaf, een even stoffig dorpje in. Om tenslotte te stoppen voor een winkel waar ze naar mijn idee tapijten verkopen. En inderdaad begint een allervriendelijkste mevrouw ons tapijten te verkopen. Dat is immers wat tapijtenverkoopsters doen. Maar wij willen helemaal geen tapijt! Wij willen naar Inra Champa Homestay.
Het duurt even voordat vrouw ons begrijpt en als we haar het adres van de homestay laten zien, lijkt er zoiets als een belletje te gaan rinkelen. Misschien weet ze wel waar het is. Ongeveer. Bij benadering. Allemaal toneelspel natuurlijk. Onderlinge afspraak. Hij loodst de toeristen hier naar binnen onder het mom dat hij niet precies weet waar hij moet zijn. In de hoop dat ze hier een tapijt aanschaffen. En vervolgens geeft zij wat vage aanwijzingen zodat hij lekker kan ronddwalen en de meter flink op kan laten lopen. Dat is ook precies wat er gebeurt. We rijden betrekkelijk doelloos rond met een meter die inmiddels ruim boven de 120.000 VD staat. Tegelijkertijd is de woestenij waarin wij hotseknotsend rondrijden zo enorm onherbergzaam dat ik vrees voor de auto van de chauffeur.
Aldus vermengt mijn argwaan zich met schuldgevoel. Een vreemde sensatie. Maar uiteindelijk komen we – na nog twee keer vragen op onze plek van bestemming. De homestay-eigenaar zit met zijn driejarige dochter onder een rieten afdak en biedt thee aan. Nu kan ik me weer niet aan de indruk onttrekken dat de twee elkaar kennen. Maar aangezien ik niet alleen fysiek stevig door elkaar ben geschud, maar ook emotioneel, vertrouw ik mijn eigen waarnemingsvermogen niet.
Lees verder: Te gast in het levenswerk van Inra Jaka